De start van onze roadtrip door Zuid-Amerika

Door Eva de Reus
Dit artikel hoort bij het land Chili
Toon meer berichten

Na onze testrit door San José de Maipo is het nu echt tijd om te beginnen aan onze roadtrip door Zuid-Amerika. Of nouja, vooralsnog Chili aangezien we de grens dus nog niet over mogen. Zoals je misschien wel eens op de wereldkaart hebt gezien, is Chili een heel erg lang land. Santiago bevindt zich ergens in het midden. Je hebt dus twee opties: naar boven of naar beneden rijden. Wij kiezen voor dat laatste.

Het wordt namelijk langzaamaan winter en we willen graag nog voordat het berekoud wordt naar Patagonië. ‘Dat ligt toch in Argentinië?’ Denk je nu misschien. Klopt, maar de natuur kent geen grenzen en een aanzienlijk groot deel van Patagonië ligt dus gewoon in Chili. Voordat we in Patagonië aankomen, moeten we eerst een behoorlijk stuk naar beneden reizen. Veel mensen slaan het stuk tussen Santiago en het begin van Patagonië over, maar aangezien we toch op ons kentenbewijs moeten wachten besluiten wij op ons dooie gemakje Chili te gaan verkennen.

En dat blijkt maar goed ook. In één van de eerste dagen van ons kampeeravontuur komen we namelijk in een gigantisch vet natuurpark terecht. Chili-gangers, pak jullie notitieblok er maar bij: Conguillío National Park. De vulkaan Llaima is de absolute eyecatcher van het park. Door de vele uitbarstingen van de vulkaan (de meest recente was in 2008) ligt het park bezaaid met vulkanisch gesteente. Erg bijzonder om te zien. De vulkanen die we in Azië hebben bezocht, zijn er niets bij. Op de ‘ioverlander’-app, waar reizigers informatie op zetten over kampeerplekken, blijkt dat het min of meer gedoogd wordt om in het nationale park te wildkamperen. We besluiten dus een mooi plekje op te zoeken met uitzicht op de vulkaan. Een beetje spannend is het wel, want wat als vulkaan Llaima vannacht besluit uit te barsten? Dan zijn we mooi de pineut. Spoiler alert! Dat is niet gebeurd. De dag erna worden we met een helder blauwe lucht en prachtig uitzicht wakker. En dat voor noppes.

Modder is niet onze vriend

Natuurlijk kan niet alles goed gaat. Zo staan we een paar dagen later op een mooie kampeerplek bij het strand. Nadeel: het regent. Het regent hard. Nog een nadeel: om het strand te bereiken moesten we een vrij steile heuvel af. Nadeel drie: er waren werkzaamheden op de heuvel, waardoor er veel zand lag. Grootste nadeel: al dat zand is nu modder. Je snapt het al. Staan we daar dus, beneden aan een modderige heuvel in de stromende regen. Nu is onze auto een soort verkapte 4×4, dus met positieve moed rijden we de heuvel op. Met hier en daar wat geslip gaat het nog best aardig. Tot we bij het modderigste punt aankomen. Onze wielen maken tientallen rondjes, maar omhoog komen we niet. Ondertussen slippen we bijna de greppel in. De doemscenario’s schieten door mijn hoofd. ‘Ga jij maar duwen’, zegt Dominic. Ik die een auto van dik een ton een modderige heuvel opduwt? Dat zie ik zelf niet snel gebeuren, maar oké. Stoer dat ik ben, begin ik de duwen. Dominic geeft gas en dan krijg ik een volle lading modder over me heen. Dit was geen goed idee. De doemscenario’s worden langzamerhand realiteit. Maar dan… slipt Dominic met zijn rechter achterwiel op het ene strookje grind dat er nog ligt. We rijden! Eind goed al goed. En weer een ervaring rijker.

Na dit avontuur staat er gelukkig weer een leuker uitje op de planning: het Vicente Pérez Rosales National Park. Wederom weer een heel mooi nationaal park inclusief vulkaan. Aan vulkanen komen ze hier in Chili niet tekort. We doen een keer actief en we maken een wandeling van een aantal kilometer. Dominic doet weer eens illegaal een vliegt zijn drone, wat officieel niet mag in nationale parken. Gelukkig is het laagseizoen en is er nauwelijks iemand te bekennen. Met vette droneshots als resultaat.


Tongworstelen tussen de straathonden

Naast de mooie natuur vallen ons nog een aantal andere dingen op aan Chili. Het in het openbaar tongzoenen bijvoorbeeld. Dit gebeurt vooral in Santiago schaamteloos, maar ook in andere gebieden staat men openlijk te tongworstelen met elkaar. Euhm? Zoek een kamer? Een cultuurdingetje waar we niet aan kunnen wennen. Een positiever kenmerk van Chili zijn de verse broodjes die in elke supermarkt worden verkocht. De bakkers staan voor je ogen het deeg te kneden en vullen om de zoveel tijd de bakken aan met heerlijke warme broodjes. Hier kunnen ze in Azië nog wel wat van leren! De supermarkt met verse broodjes is overigens wel zo’n beetje de highlight van elke plaats. In de ‘steden’ en dorpen valt verder weinig te beleven. De houten vervallen huisjes ogen een beetje troosteloos. Het meest levendige zijn nog wel de vele straathonden die blaffend achter je auto aan komen rennen. We weten niet of het door de naderende winter komt, maar in de Chileense dorpjes wil je echt niet dood gevonden worden.

Na een kleine twee weken naar beneden rijden zijn we aangekomen in Puerto Montt: het startpunt van Patagonië. Tijd om onze auto achter te laten en in de volgende blog leg ik je uit waarom.

Laat via Facebook, YouTube of de reacties hieronder weten wat je van onze blogs, video’s en foto’s vindt.

 

Dit bericht is geplaatst in Persoonlijk blog, Zuid-Amerika

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *